Image

De manier van de ander te onderdrukken, zit diep in ieder van ons

Migratie
Artikel

Onze taal weerspiegelt ons denken, de waarden die we hanteren. Hoe diep het ook in hemzelf zit, werd Ambassadeur voor de Vrede Hans Claus onlangs duidelijk toen iemand hem attent maakte op het gebruik van het n-woord. De mensenrechten zijn pas geloofwaardig als we ook in taal en teken afstand doen van ons koloniaal en koloniserend verleden, betoogt hij in zijn nieuwjaarsboodschap voor de vrede.

-----------------------------

Hans Claus, gevangenisdirecteur in Oudenaarde en initiatiefnemer van De Verklaring van 30 november 2019 werd door Pax Christi in 2020 gehuldigd als Ambassadeur van de Vrede. De andere Ambassadeurs voor de Vrede 2020, Mohamed Barrie, insprireert hem bij het schrijven van deze tekst.

-----------------------------

Mensen hebben de gave van de zelfreflectie. Ze zijn in staat om tegen hun ‘natuur’ in te gaan wanneer ze zien dat dit gevaarlijk wordt. Ze vertalen die inzichten in normen en waarden, die ze op hun beurt verpakken in inspirerende verhalen die ze aan elkaar en aan volgende generaties verder vertellen.

Het zijn vooral de succeservaringen die hij in zijn veroveringstocht onder de soorten heeft opgedaan die de mens verder vertelt. Dat verhaal ombuigen naar een verhaal waarin inkrimpen, zich aanpassen, samenleven met andere soorten en samenwerken met elkaar heldendaden zijn, wordt een hele klus. Het oude, langgerekte verhaal van volkeren die elkaar veroveren, inlijven, vernederen, ja zelfs uitroeien is dan niet langer een heldenepos, maar een triestige variant van de vernietigingsmars waarmee de mens zijn eigen biotoop heeft aangevallen. Menschen, über- en untermenschen, die wonen in kastelen of in sloppenwijken, allemaal netjes gerangschikt naar belang, verdienste of afkomst. Het maakte allemaal deel uit van die ene veroveringsmentaliteit, van de verovering zelf, van de menselijke expansie, die nu tegen haar grenzen botst.

We zullen met andere woorden nooit het nodige respect voor onze omgeving weten op te brengen, als we niet eerst grote kuis houden in de manier waarop we met elkaar omgaan. Wellicht is dat zelfs de moeilijkste kaap om te nemen.  De manier waarop mensen elkaar onderdrukt hebben én nog steeds onderdrukken, zit diep in ieder van ons.

Hoe diep het ook in mijzelf zit, werd me onlangs duidelijk toen iemand mij attent maakte op het gebruik van het n-woord. Geen erg had ik er in gehad. En precies dat maakt het zo erg en zo griezelig. Onze taal weerspiegelt ons denken, de waarden die we hanteren. En naar die gedeelde waarden vormen we onze werkelijkheid.

Mohamed Barrie die samen met mij door Pax Christi werd benoemd tot ambassadeur voor de Vrede, is bijzonder gevoelig aan de reproductie van de waarden van het kolonialisme. En gelijk heeft hij. Want het zogenaamde succesvolle verhaal van de vrije markt en het kapitalisme, kan je met niet al te veel moeite als een veroveringstocht van witte mannen uit onze gewesten herschrijven of als een plundering van Afrika. De diepe onderwaardering van zwarte mensen was en is de culturele vertaling van langdurige, mensonterende onderdrukking, die helaas op haar beurt een bouwsteen is van ‘ons’ ‘succes’.

Precies op het moment dat samenwerking over alle rassen en talen heen en het vieren van onze onderlinge afhankelijkheid de enige wegen worden om ons van de doodlopende maar voorthollende groeidwang te verlossen, steekt onverhuld racisme terug de kop op, met als bijhuis de oproep om onszelf niet al te gauw te beschuldigen. Dat is bijzonder verontrustend en vertelt niet zoveel goeds over ons vermogen om een nieuw verhaal te vertellen.

Even naar Mohamed Barrie luisteren en dan besef je: het zal niet volstaan om even ‘out of the box’ te denken. Dan komen we namelijk uit bij enkele slimme aanpassingen, om de volgende horden te nemen, om enkele gekleurde mensen in raden van bestuur op te nemen, om de imminente gevaren van onze expansie voor ons uit te duwen of te ontwijken, maar eigenlijk vooral om de verhoudingen niet fundamenteel te moeten omgooien, om alles netjes op zijn plaats te houden, de steenrijke kapitalist aan het hoofd van elkaar beconcurrerende welvarende naties en een derde wereld die voor eeuwig en drie dagen in de schulden blijft. Met racisme als latente ideologie.

Met zo’n verhoudingen, met de opvattingen die zo’n verhoudingen schragen en met de taal die zo’n opvattingen reproduceert, kunnen we onze grootste opdracht nooit aan, kunnen we de menselijke expansie nooit stoppen.

Dat het open kolonialisme nog maar een halve eeuw achter ons ligt en het verdoken kolonialisme nog volop speelt in de wereldorde, terwijl de verwoestende gevolgen ervan in de vorm van ecologische rampen reeds voelbaar zijn, illustreert de immense opgave waar we voor staan en de laattijdigheid waarmee de mensheid haar wasdom bereikt.

We moeten een nieuw verhaal vertellen, waarin we een nieuwe horizon voor ogen houden, waarachter zich niet de hemel schuilhoudt, maar gewoon een ander stuk aarde, waarmee we, net als met onze mede soortgenoten, op basis van gelijkwaardigheid vrede moeten sluiten.

Dat alles kan maar door onze overheden terug de opdracht te geven om te waken over de fundamentele rechten van de mens en de faire verdeling van de aardse rijkdom. Die Rechten van de Mens mogen dan ook gerust tot ons grootste erfgoed worden gerekend, tot de sokkel waarop we een mensheid kunnen reconstrueren die wel duurzaam op deze wereld kan verblijven. De mensenrechten zijn pas geloofwaardig als we afstand doen, ook in taal en teken, van ons koloniaal en koloniserend verleden.

Foto: Fungus Guy, Wikimedia Commons / CC BY-SA 4.0